Zo worden de vissen genaaid:
Breng de patronen voor elke vis twee keer over op de stof: breng het eerste patroon over zoals het is afgedrukt, het tweede moet altijd in spiegelbeeld worden overgebracht. Teken nu een naadtoeslag van 1 cm op alle delen. Knip vervolgens alles uit.
Naai altijd twee bij elkaar passende stukken stof aan elkaar om een vis te maken. Pers de naadtoeslag open. Naai vervolgens met de hand de knoopogen vast.
Twee vissen kunnen nu aan elkaar genaaid worden. Leg hiervoor twee identieke vissen met de goede kanten op elkaar en zet de positie van de stoflagen vast met pinnen. Naai de stoflagen aan elkaar langs de naadtoeslag, behalve een kleine keeropening. Knip kleine driehoekjes in de naadtoeslag bij de rondingen en hoeken. Dit maakt het gemakkelijker om de aan elkaar genaaide vissen te draaien en vorm te geven.
Strijk na het keren alle rondingen en hoeken in vorm. Vul de vis met watten en naai de keeropening dicht bij de rand met de hand of met de naaimachine aan elkaar.
Naai nu de ophangogen in het midden bovenaan de naad. Trek het jute koord erdoor.