Gehaakte minipoppetjes

Elke pop bestaat uit de volgende onderdelen:

• Gehaakte muts,
• houten ballen voor het hoofd,
• voeten en neus,
• gehaakte jurk en een gehaakt lint
• gehaakt lint, dat later zal worden gebruikt voor het ophanglint en de poten.

Je haakt met naaldmaat 3, met luchtsteek, kettingsteek en haaksteek.

Luchtsteek: neem een omslag en haal het garen door de lus

Kettingsteek: Steek de naald in de steek, neem een omslag en haal het garen door de twee lussen.

Dubbele haak: Neem een omslag, steek de naald in de steek, haal het garen door de steek. Zo heb je 3 lussen op de naald. Neem een yo en haal door de eerste twee lussen, neem weer een yo en haal door de volgende twee lussen.

Begin eerst met het haken van de jurk. Dit bestaat uit een cirkelvormig gebied van luchtsteken, kettingsteken, vaste steken en dubbele haaksteken.

Vorm om te beginnen een eerste lus van het garen: verdubbel het uiteinde van het garen, vorm een "krakelingetje", haal de haaknaald erdoor, trek het garen erdoor en trek aan. Haak 5 luchtsteken, ga dan met de naald in de eerste luchtsteek en haak een kettingsteek om een cirkel te vormen.

Haak dan in rondes als volgt:

1e ronde: haak twee luchtsteken om op de hoogte van de stokjes te komen. Belangrijk: deze tellen niet als stokjes! Haak nu 11 steken in de cirkel en eindig de ronde met een sl steek.

2e ronde: Haak twee luchtsteken om op de hoogte van de stokjes te komen. Haak in totaal 22 steken in deze ronde. Haak 2 steken in een steek. Eindig de ronde met een kettingsteek.

3e ronde: Haak twee luchtsteken om de hoogte van de stokjes te bereiken. In deze ronde haak je 33 steken. Haak afwisselend 2 steken in een steek en 1 steek in de volgende steek. Eindig de ronde met een kettingsteek.

4e, 5e en 6e ronde: Haak twee luchtsteken om op de hoogte van de balken te komen. Haak +10 st per ronde. Begin altijd met 2 steken in een steek en verhoog de enkele steken per ronde. Dat betekent: 2 losse stokjes in de 4e ronde, 3 losse stokjes in de 5e ronde en 4 losse stokjes in de 6e ronde. Eindig de rondes met een sl st.

Net als bij de jurk, een eerste lus vormen van het garen: het uiteinde van het garen verdubbelen, een "krakelingetje" vormen, de haaknaald erdoor halen, het garen erdoor trekken en aantrekken. Haak nu 6 luchtsteken. Ga dan met de naald in de eerste luchtsteek en haak een kettingsteek, waardoor een cirkel ontstaat.

Ga in de volgende stap verder als vanaf ronde 3 voor de jurk; haak twee luchtsteken om op de hoogte van de stokjes te komen. Haak afwisselend 2 steken in een steek en 1 steek in de volgende steek. Eindig de ronde met een kettingsteek. In de volgende twee rondes verhoog je de enkele stokjes naar 2 en 3.

Haak een sliert luchtsteken van het garen. Ons touw is ongeveer 70 cm. Leg deze dopellt. Trek nu achtereenvolgens de hoed, het hoofd, de jurk en een halve bol van 15 mm door. De kleine bal is om te voorkomen dat de jurk afglijdt. Soms zal het moeilijk zijn om het touwtje door te trekken. In dit geval kunt u een bamboespies gebruiken. Daarna worden de houten ballen voor de voeten aangebracht en de uiteinden van het touwtje geknoopt. Tenslotte wordt de houten halve bol voor de neus vastgelijmd, klaar!